Een onderwijsprogramma met maatschappelijke voorhoedes
In dit advies betoogt de raad dat leden van plaatselijke, regionale en landelijke maatschappelijke voorhoedes meer dan nu hun betrokkenheid kunnen tonen bij het onderwijs. Het onderwijs kan deze steun goed gebruiken.
Bevlogenheid doorgeven
Het advies is een nadere uitwerking van een eerdere aanbeveling van de raad uit Stand van educatief Nederland 2009. De Onderwijsraad pleit met name voor een inhoudelijke inzet van maatschappelijke voorhoedes. Hierdoor kunnen zij leerlingen en studenten een bredere oriëntatie op de maatschappij meegeven. Zelf kunnen voorhoedes hiermee hun bevlogenheid doorgeven aan een volgende generatie, hun sector bij leerlingen op de kaart zetten en een bijdrage leveren aan een betere scholing van leerlingen en studenten. De raad noemt deze inhoudelijke inzet het onderwijsprogramma met maatschappelijke voorhoedes van de school. Dit laat uiteraard onverlet dat deze personen ook andere taken, bijvoorbeeld in besturen en raden van toezicht, zouden kunnen vervullen.
De inhoudelijke inzet van voorhoedes voor het onderwijs is onderdeel van een breder concept van de raad: het zogenoemde Uitgebreid onderwijs.
Onderwijs kan steun goed gebruiken
De raad ziet twee aanleidingen om maatschappelijke voorhoedes meer bij het onderwijs te betrekken. De eerste is dat het onderwijs steun vanuit de maatschappij goed kan gebruiken. Daarnaast is de betrokkenheid van maatschappelijke voorhoedes nu minder vanzelfsprekend dan vroeger. Zo is de inzet in de bestuurlijke lijn verminderd. Het onderwijs en de maatschappij zijn door dit soort veranderingen in zekere zin uit elkaar gegroeid. De raad adviseert een hernieuwd gevoel van eigenaarschap van het onderwijs te bevorderen. Deze betrokkenheid zou echter wel op een moderne manier kunnen worden vormgegeven.
Het door de raad voorgestelde onderwijsprogramma met maatschappelijke voorhoedes zal niet dé oplossing zijn voor de ontbrekende samenhang tussen maatschappij en onderwijs, maar kan wel een stap in de goede richting zijn.
Verschillende soorten voorhoedes
Voorhoedes komen in verschillende soorten voor. Het kan daarbij gaan om breed erkende voorhoedes in sectoren als kunst, industrie, dienstverlening, bestuur, sport, recht en zorg, maar ook om voorhoedes op meer plaatselijk of lokaal niveau. Van belang is dat de persoon in kwestie als rolmodel kan dienen voor de leerling en student en dus enige aansluiting heeft met zijn belevingswereld.
Maatschappelijke voorhoedes blijken welwillend, maar weten de weg naar het onderwijs niet altijd te vinden. Er is wel een versnipperd aanbod van allerlei initiatieven van organisaties van maatschappelijke voorhoedes, zoals de serviceclubs en de Nederlandse Maatschappij voor Nijverheid en Handel. Landelijke organisaties van voorhoedes geven wel aan dat het lastig is dat 'onderwijs' geen herkenbaar eenduidig aanspreekpunt heeft.
Geen gedwongen formats
Scholen en opleidingen zien zeker de meerwaarde van de inzet van maatschappelijke voorhoedes in het onderwijs. Ze geven vaak ook aan dat ze gebruikmaken van bijvoorbeeld gastsprekers. Dit lijkt alleen niet structureel te gebeuren, maar met name op initiatief van individuele docenten. Scholen geven wel aan dat de regie bij scholen moet liggen en dat er geen gedwongen formats aan ten grondslag moeten liggen.
Wel een programmatische opzet
Wat de raad voor ogen staat is dat elke school of opleiding keuzes maakt over hoe zij de inzet van maatschappelijke voorhoedes wil vormgeven. Daardoor is het ook voor de maatschappelijke voorhoedes duidelijk waarvoor zij bij scholen en opleidingen kunnen aankloppen en op welke manier zij hun betrokkenheid kunnen vormgeven. De raad geeft daarbij de voorkeur aan een programmatische opzet: een programma met inzet van maatschappelijke voorhoedes voor leerlingen en studenten en evenzeer voor leraren en docenten. Scholen en opleidingen kunnen bij voorbeeld elk jaar voor een ander thema kiezen waarbinnen zij gebruikmaken van voorhoedes of kiezen voor een vrijwillig extracurriculair aanbod buiten schooltijd.
Aanbevelingen: onderwijsprogramma met maatschappelijke voorhoedes positioneren
Om het onderwijsprogramma met maatschappelijke voorhoedes op de kaart te zetten formuleert de raad een aantal aanbevelingen. Ten eerste stelt hij de minister voor om in contact te treden met vertegenwoordigers van de maatschappelijke voorhoedes en hen zo voor het onderwijsprogramma met maatschappelijke voorhoedes te interesseren en de wederzijdse belangen te onderkennen. Vervolgens is het zaak om vertegenwoordigers van maatschappelijke voorhoedes en het onderwijsveld met elkaar in contact te brengen. Om dit goed te laten verlopen stelt de raad voor om gebruik te maken van al bestaande plaatselijke en landelijke initiatieven en organisaties. Deze hebben inmiddels al ervaring opgebouwd en kunnen bovendien dienen als 'neutrale tafel' zonder eigen belang. Als laatste stelt de raad voor om als proef een aantal lokale samenwerkingsverbanden te stimuleren om hierdoor een breder geheel aan kennis op te doen die het hele onderwijsveld ten goede kan komen.