Sfeerverslag Onderwijsdialoog
‘Openbare scholen hebben ook steeds meer een eigen identiteit, dus misschien is heel het onderwijs ondertussen bijzonder geworden.’ ‘Het is de vraag hoeveel bestuurders van religieuze scholen ook nog daadwerkelijk religieus zijn.’ Dit zijn enkele opmerkingen van deelnemers aan de Onderwijsdialoog op 9 december in het Koningin Wilhelmina College (KWC) in Culemborg. De middag werd geleid door Janita Tabak en havo-leerling Jersey (18). Jersey riep op om echt een dialoog te houden. ‘Luisteren naar elkaar, met respect voor elkaar en niet te veel proberen elkaar te overtuigen.’
Artikel 23 uit balans
Edith Hooge, voorzitter van de Onderwijsraad, zei bij de opening: ‘Als kind en ouder zelf mogen kiezen waar naar school te gaan. Als leraar zelf mogen kiezen op welke school te werken. Als school, openbaar of bijzonder, zelf de pedagogisch-didactische inrichting te bepalen. Een school mogen oprichten vanuit een bepaalde godsdienst, levensovertuiging, onderwijskundige-pedagogische visie. Dat is waar de vrijheid van onderwijs, vastgelegd in artikel 23, om draait. Maar artikel 23 gaat niet alleen over vrijheid van onderwijs, maar ook over overheidszorg voor het onderwijs. De overheidszorg wordt wel eens vergeten, waardoor de balans die de Grondwet beoogt, uit beeld raakt.’
Leerlingen in debat over vrijheid van onderwijs
Leerlingen van het KWC gingen met elkaar in debat over de stelling ‘Onderwijs mag niet vanuit 1 religie of levensovertuiging worden gegeven‘. Volgens de verdedigers van de stelling moet onderwijs werken als een basis voor leerlingen om hun mening te geven. ‘Laat kinderen en jongeren nadenken over religie vanuit een neutrale positie.’ De tegenstanders van de stelling brachten daar tegenin: ‘Het behoud van religieus onderwijs zorgt voor meer religieuze diversiteit en draagt bij aan de vrijheid van meningsuiting.’
Drie denkers: Stine Jensen, Rosanne Hertzberger en Lofti El Hamidi
Op verzoek van de Onderwijsraad hebben vier denkers een essay geschreven over de vrijheid van onderwijs. Drie daarvan spraken op de Onderwijsdialoog. Lofti EL Hamidi betoogde dat de segregatie niet over religieuze en openbare scholen gaat, maar over witte en zwarte scholen. ‘Dit komt door de zelfsegregatie van hoogopgeleide, witte ouders die hun kinderen drie blokken verderop naar een witte school sturen.’ 'Artikel 23 is op dit moment belangrijker dan ooit’, zei Rosanne Hertzberger. ‘Juist nu er steeds minder religieuze mensen zijn, wordt de vrijheid van religie steeds belangrijker en dus ook de vrijheid van onderwijs’. Stine Jensen hield de aanwezigen een heel ander gezichtspunt voor: ‘Ik heb het altijd raadselachtig gevonden dat het bijzonder onderwijs in Nederland zo vanzelfsprekend is. Schaf de vrijheid van richting af, maar behoud de vrijheid van inrichting (oftewel de pedagogische autonomie van scholen).'
Stevige discussies in de deelsessies
Ook in de deelsessies werd stevig gediscussieerd over artikel 23. In kleine groepen spraken deelnemers over onder meer de betekenis van artikel 23 bij burgerschapsonderwijs, kwaliteit, segregatie en informele selectie en vrijheid van onderwijs bij krimp.
Edith Hooge sloot de Onderwijsdialoog af. 'Jullie inbreng is van groot belang om de Onderwijsraad te helpen kijken vanuit verschillende perspectieven: ouders, scholen, leraren, bestuurders en, niet te vergeten, leerlingen. Al jullie opmerkingen en meningen nemen wij mee. In 2020 komen wij met een verkenning over de vrijheid van onderwijs.'